WAT IS OUDERENMIS(BE)HANDELING?
"Onder mis(be)handeling van een ouder persoon (iemand van 60 jaar of ouder) verstaan we al het handelen of nalaten van handelen van al diegenen die in een persoonlijke en/of professionele relatie met de oudere staan, waardoor de oudere persoon (herhaaldelijk) lichamelijke en/of psychische en/of materiële schade lijdt dan wel vermoedelijk zal lijden en waarbij van de kant van de oudere sprake is van een vorm van gedeeltelijke of volledige afhankelijkheid." (Comijs e.a. 1996, p. 18)
Deze gehanteerde definitie van ouderenmis(be)handeling is opgebouwd uit verschillende criteria en dient te worden bekeken in het licht van onderstaande opmerkingen:
- Er wordt vertrokken vanuit de beleving van het slachtoffer en/of de melder. De hulpverlener moet zich echter voldoende neutraal opstellen teneinde een waarheidsgetrouwe diagnose te kunnen stellen.
- Het slachtoffer van ouderenmis(be)handeling is 60 jaar of ouder. Het stellen van een leeftijdsgrens dient om het werkterrein van de specifieke hulpverlening met betrekking tot ouderenmis(be)handeling praktisch af te bakenen.
- Er is sprake van een persoonlijke en/of professionele relatie tussen het slachtoffer en diegene die mis(be)handelt. Hierbij speelt het wederzijdse vertrouwen een centrale rol. Onder ouderenmis(be)handeling verstaan we hier dus niet criminaliteit tegen ouderen gepleegd door personen met wie de oudere geen vertrouwensrelatie heeft (vb. handtasdiefstal).
- De mis(be)handeling dient niet herhaaldelijk te zijn. Dit kan ook een éénmalige handeling of het nalaten van een handeling zijn als dit door het slachtoffer als mis(be)handeling wordt beleefd.
- De meeste ouderen die slachtoffer worden van ouderenmis(be)handeling zijn gedeeltelijk of volledig afhankelijk van de pleger.
Deze afhankelijkheid kan bestaan uit een
lichamelijke,
financiële,
cognitieve,
psychische of
sociale afhankelijkheid; of een combinatie hiervan. Van de kant van de pleger kan echter ook sprake zijn van een vorm van gedeeltelijke of volledige afhankelijkheid van de oudere. Deze afhankelijkheid dient dus ruim geïnterpreteerd te worden, we spreken hier zeker niet alleen van zorgafhankelijkheid.
Actief versus passief ...
Mis(be)handeling kan het resultaat zijn van zowel actief (plegen van handelingen) als passief (nalaten van handelingen) gedrag.
We spreken over actieve mis(be)handeling indien er schade ontstaat door het uitvoeren van een bepaalde handeling (vb.: de oudere wordt geslagen, uitgescholden, er wordt geld van de bankrekening afgehaald, ...). Daarnaast kan er schade ontstaan indien een bepaalde handeling niet doorgevoerd wordt (vb.: de oudere krijgt niet de nodige medicatie, krijgt geen (aangepaste) voeding, ...).
Kwaadwillig opzet of niet...
Kwaadwillig opzet is geen vereiste om te spreken over ouderenmis(be)handeling. Er is sprake van kwaad opzet indien de pleger 'bewust' een handeling doet die schade tot gevolg heeft (vb.: een kind maakt misbruik van de volmacht van de oudere).
Meer info
In andere situaties gebeurt de handeling onbewust. Onkunde, onwetendheid of onmacht kunnen hierbij een onderliggende oorzaak zijn van ouderenmis(be)handeling (vb.: de oudere wordt op een verkeerde manier ondersteund of getransfereerd waardoor hij/zij een schouder letsel oploopt). In deze situaties spreken we ook van ontspoorde zorg.
Oorzaken hierbij kunnen zijn:
- onwetendheid: de mantelzorger beseft niet wat de gevolgen van de handeling zijn
- onkunde: de mantelzorger beheerst niet de juiste technische vaardigheden
- onmacht: de mantelzorger ervaart grote stress doordat hij/zij geen andere uitweg meer kent
Er zijn 6 vormen van ouderenmis(be)handeling. Er wordt een onderscheid gemaakt in:
- Lichamelijke mis(be)handeling
- Psychische mis(be)handeling
- Financieel en materieel misbruik
- Seksueel geweld
- Verwaarlozing
- Schending van rechten
Het kan ook zijn dat er meerdere vormen van mis(be)handeling tegelijk aan de orde zijn.
Mis(be)handeling komt voor in gradaties, gaande van minder erge tot heel ernstige, soms levensbedreigende, handelingen.